Column: Wie heeft het nakijken?

Zouden de dorpen binnen de gemeente Schagen zich tekortgedaan voelen? De gemeente wil ruim 1 miljoen euro per jaar steken in de exploitatie van een nieuwe sporthal ter vervanging van de Schager Groeneweghal en Spartahal met een clubgebouw voor de voetballers, handballers en de hockey. Dit is een hoop geld, het dubbele namelijk dat de gemeente nu uitgeeft aan de sporthallen. De hele investering kost circa 21 miljoen euro, die voor rekening komt van de clubs of de bank. Dat is veel meer dan de 6,1 miljoen euro waar het college vorig jaar mee kwam. 

Inwoners van de dorpen binnen de gemeente Schagen zullen met argwaan kijken naar de miljoenen euro’s die de sport in de stad Schagen mag kosten. De sportclubs in de dorpen zullen met ergernis kijken naar hoe gemakkelijk de sport in de stad aan hun trekken komt. Het is niet zo dat de gemeente de sportclubs in de dorpen vergeet. Ik noem de sporthal (Multitreffer) in ’t Zand als voorbeeld, nieuwe lichtmasten rondom  een voetbalveld in Warmenhuizen en het onderhoud van het zwembad in Waarland. Maar dan nog. Hoe liggen de verhoudingen tussen stad en dorp? Dit is nooit goed uitgewerkt.

De verhuizing van de sportvelden van Nes-Noord naar Groenoord heeft iets minder dan 3 miljoen euro gekost. Dat is andere koek dan de 21 miljoen waarover het nu gaat ten behoeve van Groenoord. De gemeente gaat vast garant staan voor de leningen. Niets aan de hand dus. Dat is niet helemaal zo. Als de stichting de geest geeft, is de gemeente het haasje. Ik neem aan dat de gemeente dit bedrag in reserve houdt mocht het verkeerd gaan.

Op 21 januari 2021 organiseerde de gemeenteraad een bijeenkomst over de sportinfrastructuur in de gemeente Schagen. Niet zonder reden. Er zijn legio sportaccommodaties in de stad Schagen. Sommigen zijn verouderd, er zijn nieuwe trends en sport en bewegen is meer dan ooit ongelooflijk belangrijk. Het is dus zaak om goed na te denken over de toekomst. De raad had verschillende experts uitgenodigd om over diverse facetten van sport te spreken. De bedoeling was om voeding te geven aan het maken van een visie ten behoeve van de sportinfrastructuur voor de komende 30 tot 40 jaar. De reacties van de raadsleden waren veelbelovend.

Daar bleef het niet bij. Het college vroeg een paar jaar later een onderzoek aan bij adviesbureau BMC naar het accommodatiebeleid van de gemeente Schagen. In januari 2023 verscheen het rapport en daarin krijgt de gemeente een dikke onvoldoende. De overall conclusie van BMC is dat het huidige accommodatiebeleid van de gemeente Schagen vooral een zaak is gebleven van ‘hoe houden we de accommodaties operationeel’ in plaats van ‘wat dragen die accommodaties bij aan de leefbaarheid in de kernen.’

Het huidige accommodatiebeleid van de gemeente Schagen is bedoeld om de verschillen die voortkwamen uit de gemeentelijke herindeling te harmoniseren. Die verschillen zijn maar voor een deel opgelost. Intussen lopen we tegen het einde van het jaar 2024 en er is nog niet veel gebeurd. BMC stelt vast dat er nog verschillende afspraken en uitgangspunten zijn die het accommodatiebeleid diffuus maken. Het risico is daarbij dat er willekeur in het beleid ontstaat. Dit laatste klopt! De stad Schagen wordt beter bedeeld dan alle dorpen bij elkaar.

De gemeenteraad krijgt straks voor alle verschillende opties van het college een financiële onderbouwing. Op 26 november kan de raad zich dan oordeelsvormend over de kwestie buigen, waarna er in de vergadering van december mogelijk een besluit kan worden genomen.

Eugeen Hoekstra