Column: Met Tiny houses redden we het niet

Voor de bouw van de tien Tiny houses nabij sportpark Nes-Noord is bij de gemeente Schagen een omgevingsvergunning aangevraagd. Twee zijn er al bewoond. Elke nieuwbouwwoning wordt natuurlijk met gejuich ontvangen want de woningnood is groot. Tegelijkertijd moet gezegd worden dat we er niet zijn met een paar Tiny houses voor de liefhebbers. Het schiet maar niet op.

Het klinkt fantastisch dat vorig jaar in Schagen is begonnen met de bouw van ruim 300 nieuwbouwwoningen, maar wat telt zijn de woningen die vorig jaar zijn gereed gekomen. Volgens het CBS waren het er 211.  De doelstelling van 300 is bij lange na niet gehaald.

Gelukkig grijpt de regering in. Eindelijk is er weer een ministerie dat over wonen gaat. We praten weer over volkshuisvesting. In de jaren tachtig van de vorige eeuw kwamen er jaarlijks zo’n 120 duizend huizen bij. Weten we dit nog, dat gemeenten toen oude panden opkochten en renoveerden?

Voor starters waren er premie A- en premie B-koopwoningen met soms wel tienduizend gulden subsidie gedurende een langere tijd. De overheid hield door investeringen de bouwsector op de been en bovendien was er onder de bevolking een groot draagvlak voor.

Oké, dit beleid schoot best wel een beetje door, maar het huidige beleid ( marktwerking, beleggers krijgen alle vrijheid, huizenprijzen gaan door het dak) schiet ook vreselijk door. Het is in Nederland altijd hollen of stilstaan. Kan het niet een keer normaal gaan?

En daar is hij weer! Hugo de Jonge, nu minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Hij laat er geen gras over groeien en is kort na zijn aantreden met een bouwplan gekomen voor de komende negen jaar. Hij heeft grootschalige plannen die in totaal 600.000 huizen moeten opbrengen. Een goede start om op deze manier de target van 100.000 woningen per jaar te halen. Zal Schagen profiteren van zijn bekende gedrevenheid en stelligheid die hij tentoonspreidde toen hij corona-minister was?

Alles wijst erop dat de beoogde woningen in verstedelijkte gebieden worden gebouwd. Dit in tegenstelling tot de Nederlandse Vereniging van Projectontwikkeling Maatschappijen ( Neprom), die vorige week aandrong op ruim honderd extra buitenstedelijke ontwikkellocaties. Maar de minister zet vooral in op grootschalige bouwlocaties in zeven verstedelijkingsgebieden, waaronder Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven, Nijmegen en Groningen. Twee derde van de totale bouwopgave moet hier plaatsvinden.

Noord-Holland boven het IJ komt in het lijstje niet voor. Laat staan onze regio. Wie weet kan Schagen nog profiteren van de laatste tranche. Maar ik heb weinig hoop. Eind 2022 komt hij met duidelijkheid. De afspraken gaan nadrukkelijk niet alleen over aantallen, maar ook over type woningen, in welk segment en op welke locaties. De provincie en de regio Noord-Holland Noord waren vorig jaar overeengekomen 40 duizend woningen extra te bouwen in de regio. Maar zonder goede bouwlocaties komen die woningen er niet. Neem de gemeente Hoorn. Die komt ruimte tekort om te kunnen bouwen. Alkmaar loopt tegen het overvolle elektriciteitsnet op waardoor woningen zonder stroom komen te zitten.

Terug naar de Tiny houses in de gemeente Schagen. Er zijn meer initiatieven. Ik noem het burgerinitiatief voor tien van deze woninkjes in Warmenhuizen aan de Huiskebuurtweg en in Sint Maartensvlotbrug met een pluktuin en bij het skatepark in de stad Schagen, maar dat gaat niet door.  Planologische hobbels ingebed in juridische procedures zorgen voor veel ergernis. Maar in dit overbevolkte land wordt om elke meter grond gevochten.

Eugeen Hoekstra