Rob Ravensteijn: ‘Frits Westerkamp was een kameleon’

WINKEL – Rob Ravensteijn woont in een leuk dorp. Zijn huis staat in een gezellige straat. Winkel is een dorp met een landelijke uitstraling. Maar ook hier is alom bedrijvigheid te zien: draaiende windmolens en een groot industrieterrein, waar het nu wel even wat stiller is. Ravensteijn is bekend door zijn lokale inspanningen om een breed gedragen partij van de grond te krijgen. Een partij die de dialoog met burgers erg belangrijk vindt. Een ‘echte’ democratische partij. Helaas zit het wat dat betreft niet mee. Het gaat niet goed met LADA.

De politicus én gemeenschapsmens in hart en nieren kwam in 1975 in Winkel wonen. Hij wilde wat gaan betekenen voor de gemeenschap en nam voor de PvdA zitting in de toenmalige gemeenteraad. Dat hield hij ongeveer 12 jaar vol.
Ravensteijn werkte jarenlang bij een centrum voor beroepsoriëntatie, waar gastarbeiders en vluchtelingen werden voorbereid op een passend beroep, waarbij niet alleen het leren van Nederlands belangrijk was, maar ook het ontdekken van de eigen (beroeps)mogelijkheden. Hij noemt het ‘assessment’. ‘Wie ben ik en wat kan ik’ waren belangrijke vragen voor de cursisten uit de hele Noordkop. Helaas kwam er in 1993 een einde aan die werkzaamheden omdat het centrum werd opgeheven. De gemeente Heerhugowaard wilde niet langer voor het grootste deel van de kosten opdraaien.

Fusie

Ravensteijn is vervolgens bij het ROC gaan werken en heeft daar verschillende functies vervuld. Tot hij in 2008 met vervroegd pensioen ging. Hij kreeg toen meer tijd om zich te verdiepen in de politiek. Juist in die tijd gingen er stemmen op om Niedorp samen te voegen met Wieringermeer. De meeste Niedorpers waren zich er van bewust dat Niedorp te klein was om slagvaardig op te kunnen treden. Als er een fusie noodzakelijk zou zijn, dan het liefst met Schagen.

Ravensteijn: “Omdat de gemeenteraad niet luisterde naar de bezwaren van de burgers, werd politieke partij LADA (Lokaal Anders, Democratie Anders) opgericht.” De komst van de lokale partij leverde veel publieke belangstelling op voor LADA, waarvan de naam naar een kwalitatief minder goede auto uit het Oostblok verwijst. Maar ook suggereert de naam dat we terug moeten van een autoritair naar een democratisch systeem. ‘Bottom-up’ zoals Ravensteijn het uitdrukt. Door een intensieve verkiezingscampagne, waaraan een groep creatieve enthousiastelingen van diverse pluimage meewerkte, lukte het in 2010 om met 6 zetels in de raad van de gemeente Niedorp te komen. Het lukte helaas niet om een ongewenste fusie te voorkomen, ondanks het feit dat ze als grootste partij uit de (stem)bus kwamen.

Kameleon

In het nieuwe Hollands Kroon begon LADA met 3 zetels in 2012;  twee jaar later werd dat aantal verdubbeld en was de partij rijp om deel te nemen aan een nieuw te vormen coalitie. LADA had geen ervaren bestuurders in haar midden, zodat er een vacature ontstond. De partij had Frits Westerkamp geschikt bevonden om wethouder te worden. Westerkamp had zich namelijk bereid verklaard om zich in te zetten voor de uitgangspunten van LADA. Al snel na zijn aanstelling bleek Westerkamp een overtuigd neoliberaal die zich conformeerde aan het beleid van zijn medebestuurders. “Hij gedroeg zich als een kameleon,” zegt Ravensteijn met een verwijtende ondertoon. Het liberale denken nam hij eigenlijk van Meskers en Nawijn over. Westerkamps houding tegenover raadsleden was bovendien niet erg tactvol. Het leek er veel op dat hij dacht de ‘baas’ van de LADA fractie te zijn.

Ravensteijn gaf de wethouder aanvankelijk het voordeel van de twijfel: “Hij moet nog even wennen aan zijn rol in het systeem,” had Ravensteijn zichzelf voorgehouden. Meermaals was Westerkamp erop gewezen, de uitgangspunten van LADA in acht te nemen. Dat was helaas aan dovemansoren gezegd.

Ravensteijn vindt dat vertrouwen in elkaar cruciaal is. Ook in de politiek. Helaas wordt dat vertrouwen nogal eens beschaamd. Zo toonde Westerkamp zich niet loyaal aan de uitgangspunten van LADA. Op het moment dat Henk Jan Wittink wegens ‘negatieve’ uitlatingen – hij spreekt de taal van de ‘straat’ – uit de fractie van LADA werd gezet, besloot Ravensteijn er iets van te zeggen. Een krantenbericht over de kwestie-Wittink werd hem niet in dank afgenomen.

Outbreak Management Team

Ravensteijn stelt dat het nu het ‘momentum’ is om een Outbreak Management Team (OMT) te formeren vanuit de burgerij. Een groep mensen die zich zou moeten buigen over de vraag hoe Hollands Kroon op een effectieve manier uit de crisis geloodst zou kunnen worden. Bovendien zou zo’n ‘denktank’ zich na de crisis met andere belangrijke burgerzaken kunnen bezighouden. “Want” zegt hij, “er is veel gekheid in onze manier van leven binnengeslopen”. Volgens Ravensteijn ligt er nu een uitgebreid pakket aan problemen dat om een oplossing vraagt: herstart economie, RES ( Regionale Energie Transitie), woningnood, herinrichting landinrichting / omgevingsvisie. 

Sinds het begin van de crisis blijken er 11.000 mensen minder te overleden te zijn dankzij de schonere lucht. Hoe kunnen we de ‘gunstige’ effecten van de crisis ook ná de crisis blijven behouden? Wat gaan we anders doen en wat moeten we aanpassen? Iedere crisis noopt ons ons gedrag aan te passen of preventieve maatregelen te nemen. Het moet niet nog eens gebeuren. Crises moeten we zien te voorkomen. Samengevat: hoe willen we dat Hollands Kroon er uit gaat zien?

Lobby

Ravensteijn vindt dat de Wmo-adviesraad niet goed uit de verf komt en dat deze een bredere opdracht moet krijgen. De raad zou moeten worden omgevormd tot Adviesraad Sociaal Domein. Die ontwikkeling ziet hij in heel Nederland.

Tijdens een gesprek met burgemeester Rian van Dam wees hij haar op het gebrek aan transparante procedures. Er wordt niet duidelijk en tijdig gecommuniceerd zodat raadsleden én burgers voor voldongen feiten worden geplaatst, waaraan nauwelijks meer getornd kan worden. Hij ziet met lede ogen dat in gevestigde partijen zoals de VVD en het CDA (agrarische) belangengroepen veel voet aan de grond hebben gekregen. Hij ziet wat dat betreft een verband met de bouw van nieuwe, dure bruggen in Hollands Kroon die er eigenlijk komen om het zware materieel van agrariërs ruim baan te verschaffen. “Het zijn niet meer de kleine trekkertjes van destijds,” verduidelijkt hij. Hij ziet het als een gevolg van de toenemende grootschaligheid  en vindt dat de burgers er niet voor hoeven op te draaien. Ravensteijn zou graag terug willen naar kleinschaligheid. Dat is beter voor het milieu en beter voor ons welzijn. Hij refereert aan Middenmeerder Sicco Mansholt die achteraf spijt kreeg van zijn streven naar grootschaligheid in de agrarische sector. Ook ziet Ravensteijn de kwalijke invloed op ons welzijn van intensieve veehouderij en -landbouw. Ook dat moet volgens hem anders.

Solidariteit

Ravensteijn denkt dat een basisinkomen voor alle Nederlanders wel haalbaar is en wijst op de positieve kanten van zo’n regeling. Door de steeds geavanceerdere technieken op allerlei gebied is er te weinig werk voor iedereen. De werkweek zou gemakkelijk teruggebracht kunnen worden naar zo’n 30 uur. Met een gegarandeerd (basis)inkomen kan dan ook gemakkelijker vrijwilligerswerk worden opgepakt. Bovendien is er dan ruimte om actief burgerschap uit te oefenen. De vergrijzing van de bevolking maakt dat er steeds meer zorg verleend moet worden. Hij denkt dat er meer saamhorigheid (solidariteit) zal ontstaan. Zorgen voor elkaar is onontbeerlijk in een maatschappij waar steeds meer mensen ondersteuning nodig hebben.

Lege hulzen

Ravensteijn constateert dat veel partijen door een klein ledental, dichtgetimmerde coalitieaccoorden en het delegeren van maatschappelijke keuzes naar ondemocratische instituten inmiddels ‘lege hulzen’ zijn geworden, Dat geldt in ieder geval voor partijen als de VVD, het CDA en SHK. 

Er moet nu eenmaal een dialoog zijn tussen de kiezers en de raadsleden. Er moet naar elkaar worden geluisterd. Helaas is er sprake van ‘eenrichtingsverkeer’ in  het communiceren met burgers. Hij vindt het inspreken dan ook vrij zinloos omdat er niet naar burgers wordt geluisterd. Partijen lijken erg op elkaar en zijn niet onderscheidend genoeg. Men streeft teveel naar harmonie door altijd maar consensus te zoeken.

Het enthousiasme van weleer bij LADA is gezakt tot een minimum. Dat is waarschijnlijk het gevolg van het vooropstellen van persoonlijke belangen boven het ‘algemeen belang’. Het huidige politieke systeem is niet meer representatief te noemen door de lage opkomst bij verkiezingen. Er is geen binding meer met de samenleving. Het vertrouwen in de lokale politiek is minimaal.

Daarom heeft een groepje mensen uit Hollands Kroon zich dan ook verenigd in de OBB, de Onafhankelijke Betrokken Burgers. Ravensteijn is één van hen. Hij benadrukt dat OBB geen politieke partij wil worden. De aanleiding tot oprichting was eigenlijk de invoering van de ‘omgevingsvisie’. Iedereen heeft er namelijk belang bij dat hij of zij in een goede omgeving woont en wil daar ook wel invloed op uit kunnen oefenen. In dit verband spreekt het idee van kernbeheer hem wel aan. Daar hoort natuurlijk wel een ‘decentrale portemonnee’ bij. Kortom, burgerinitiatieven moeten niet alleen gestimuleerd worden, maar ook een behoorlijke financiering krijgen.

Regiegemeente

Ravensteijn noemt Hollands Kroon een ‘regiegemeente’. Er wordt veel door ambtenaren ingekocht en gedelegeerd, maar of de competenties van de inkoopmedewerkers toereikend zijn waagt hij te betwijfelen. Het lijkt er op dat er nogal eens ‘producten’ worden ingekocht die niet voldoen aan de eisen. Door het fusieproces is nogal wat know-how verdwenen en daardoor is het begrijpelijk dat het wel eens misgaat. Maar door het uit handen geven van (publieke) taken aan externe bedrijven liggen monopolie- of oligoposities op de loer.

Vervolgens vraagt Ravensteijn zich ook af waar de lokale politiek nog over gaat. Heeft de gemeenteraad nog wel wat in de melk te brokkelen? Hij zegt daarover:”Zo gauw je in het systeem zit ben je uitgepoept”. Dan conformeren de raadsleden zich aan de heersende gewoontes en gaan qua stemgedrag op elkaar lijken, behoudens enkele uitzonderingen.

Met de OBB probeert Ravensteijn en de zijnen burgers te activeren om deel te nemen aan discussies over zaken die belangrijk zijn voor iedere inwoner van Hollands Kroon. Hij hoopt dat er door de inspanningen van de OBB weer een saamhorigheidsgevoel gaat ontstaan in de Noordkopper samenleving. Ravensteijn zet zich, samen met de andere OBB leden in om een ‘wij’ gevoel te creëren. Er kan nog iets heel moois groeien in Hollands Kroon.

Voor meer informatie kan men kijken op [url|http://www.onafhankelijkebetrokkenburgers.nl|www.onafhankelijkebetrokkenburgers.nl|ext]

Kees Zwaan

(Foto : Rob Ravensteijn bij zijn plantenkas. Er kan nog iets heel moois groeien in Hollands Kroon)

Wil je niets missen uit Schagen en de regio?
Avatar foto
Je leest een bericht uit het rijke archief van Noordkop Centraal



Geef hier jouw reactie (check eerst onze huisregels):