Hoe wilt u wonen als de ouderdom komt met gebreken?

Wie 55 Jaar of ouder is en woont in ’t Zand, Petten of Callantsoog krijgt een vragenlijst van de gemeente. Zij mogen aangeven wat ze menen nodig te hebben als ze wat gaan mankeren. Belangrijke vraag maar niemand kan die vraag beantwoorden omdat je geen idee hebt wat voor geluk of leed je te wachten staat als je bijvoorbeeld 70 bent geworden. 

Ouderdom komt met gebreken, een waarheid als een koe, maar welke gebreken je gaat krijgen, dat weet je nu niet. Hoe kun je dan vragen beantwoorden die gaan over ziekte en gebrek en welke ondersteuning je wilt hebben op het moment dat je nog vitaal bent en de caravan voor de deur staat waarmee je elk jaar op reis gaat. Toch wil de gemeente weten hoe de bewoners hier over denken.

De vragenlijst heeft de titel meegekregen van ‘ langer thuis wonen’; of anders gezegd: hoe wilt u wonen wanneer u ouder bent geworden. Maar de vragen gaan niet over de woning maar over het leven: wat voor ondersteuning denkt u straks nodig te hebben om aangenaam te kunnen blijven leven. De vragenlijst schept verwarring. Het gebeurt vaak dat wonen en leven door elkaar worden gehaald. Maar eerst en vooral moet het gaan over de woning. Waarom? Kijk om je heen, de vegrijzing neemt jaar na jaar toe, we worden met z’n allen ouder, maar niet altijd gezond ouder, steeds meer ouderen hebben verzorging nodig, dat aantal neemt toe, niettemin worden in instellingen afdelingen gesloten en bedden geschrapt. In feite een tegengestelde ontwikkeling; de vraag naar verzorging en verpleging neemt toe en het aanbod van bedden gaat omlaag.    

Gevolg is dat onze woning naar een zorgwoning moet worden ‘omgebouwd’. De vraag is of mijn en uw huis geschikt is voor het verlenen van zorg en verpleging.

Omdat dit te weten te komen moeten we te rade gaan bij de beroepsgroepen in de zorg, de wijkverpleegkundigen, de verzorgenden en de mantelzorger. Zij kunnen exact aaangeven welke problemen zij tegenkomen bij hun werk bij de mensen thuis. Zij kunnen dan ook precies aangeven wat er nodig is om ervoor te zorgen dat zij kunnen werken zonder hun lichaam geweld aan te doen. Als leidraad geldt de Arbowet. Die schrijft voor dat er hulpmiddelen noodzakelijk zijn voor tillen, bukken en strekken.

De vraag is dan of de woning voldoende (manoeuvreer)ruimte biedt voor een rolstoel, verpleegbed, bedlift, badlift en een bad. De antwoorden op deze vragen schetst een objectief beeld van hoe het gesteld is met de geschiktheid van de woning voor zorg en verpleging. Zo niet, dan weet de bewoner wat hem te doen staat. De stok achter de deur is: geen aangepast huis dan ook geen passende zorg. Aanpassingen aan de woning kosten geld en niet iedereen kan dit betalen. Gemeenten staan er huiverig tegenover en komen pas in de benen als de nood echt aan de man is.  

Preventieve maatregelen leveren een jaarlijkse besparing op van 45 à 60 miljoen euro op aan direct medische kosten. Woningaanpassingen zijn daarmee niet alleen aantrekkelijk voor de senioren zelf, vanwege het comfort en voorkomen van vallen, maar ook voor hun zorgverzekeraar. Maar eigenlijk ook voor de gemeente om kosten in de toekomst te vermijden. De boodschap is duidelijk: ouderen neem bijtijds maatregelen – ze zijn van levensbelang.

Nu de verzorgingshuizen verdwijnen en verpleeghuiszorg meer thuis zal wordt verleend moet de focus vooral gericht zijn op de woning: oud worden gebeurt hier en doodgaan ook. En ziekte en zeerte daartussen ook. Het is zo gesteld in ons land: we slopen de verzorgings- en verpleeghuizen en leggen de verantwoordelijkheid (en de rekening) van deze daad neer bij de burger.

Eugeen Hoekstra

 

 

 

 

 

Wil je niets missen uit Schagen en de regio?

Publicatiedatum: 14 augustus 2017
Categorie: Archief Column
Aantal views: 11
Avatar foto
Je leest een bericht uit het rijke archief van Noordkop Centraal



Geef hier jouw reactie (check eerst onze huisregels):