Column: hoe democratisch zijn we in Schagen?

Het democratisch festival in Nijmegen dit weekeind moet een terugkerend fenomeen worden naar Scandinavisch voorbeeld. Het festival wordt georganiseerd door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG).

Doel van het evenement is het gesprek aangaan over de democratie in Nederland. ‘En mensen bewust maken van het feit dat democratie niet vanzelfsprekend is’, aldus VNG-voorzitter Jan van Zanen tegen omroep Gelderland. Dat zal wel.

Grote kans dat het festival een feestje wordt van wethouders en ambtenaren. En dat zijn mensen die niet gekozen worden. Net als de burgemeesters die er ook zijn.  Er is maar liefst 1 miljoen euro uitgetrokken voor de organisatie van het evenement. Verspild geld?

De klassieke representatieve democratie is aan vernieuwing toe. Maar zittende politici zitten niet te wachten op lastige burgers. Hebben zij niet immers ons het mandaat gegeven om besluiten te nemen? Nou dan, bemoei er dan niet mee.

Zij zijn ook doodsbang voor referenda en petities. Dat hoort niet bij de representatieve democratie, zeggen ze. Dan wordt het gezag van de gekozenen aangetast is hun vrees. Alsof zij de hoeders zijn van de democratie. Maar dat zijn ze niet. De democratie is niet voor de gemeenteraad. Het is andersom.  

Tegenstanders van referenda menen dat volksraadplegingen het primaat van de politiek aantast. Hun denkfout is dat zij menen dat politiek hetzelfde is als de gemeenteraad of gemeentebestuur. In werkelijkheid is niet vertegenwoordiging, maar volkssoevereiniteit de essentie van democratie.

Nu is het zo dat burgers wel mogen meepraten over een voorstel maar de uitkomst staat vast. Ze mogen best wat veranderen aan ‘de kleur van het behang’ maar niet de essentie  van het voorstel.

De gemeente Schagen worstelt met de burger- en overheidsparticipatie. Er komt nu ook een onderzoek via het Inwonerspanel. Deze groep inwoners wordt na de zomer ondervraagd. De informatie die daaruit voortkomt verwerkt het college in het onderzoek. Voor het einde van dit jaar verschijnt het eindrapport. Ik ben benieuwd.

Schagen pronkt met het Right to Challenge. Dat is een middel om burgers aan te zetten voorzieningen over te nemen van de gemeente. Voorbeelden? Zwembaden, speeltuinen en buurthuizen.  De gemeenten willen er van af. Als de burgers het goedkoper kunnen dan de gemeente dan mogen zij het doen. 

Met het uitdaagrecht is niets mis mee. Er zijn genoeg vrijwilligers te vinden die een zwembad openhouden of een windturbine in de lucht te houden. Maar het afbreukrisico is groot. We zien dit gebeuren bij de buurtbussen en bij de Blokhut aan de Loet.  Ook vormen van burgerparticipatie. Als de klad erin komt neemt de overheid (lees: provincie, gemeente) die taken dan weer op zich? Ik ben bang van niet.

De term Right to Challenge klinkt hoogdravend en je mag je afvragen waarom de gemeente zich in de Engelse taal wenst uit te drukken. Spreek je moerstaal zou ik zeggen. Overigens is het helemaal niet nieuw.

Sociale Vernieuwing heette dit in de vorige eeuw: burgers die hun buurt gingen opleuken en van alles deden om de gemeenschapszin te verhogen.  Is helemaal doodgebloed. De energietransitie komt eraan. Leent zich uitstekend voor burgerparticipatie omdat die transitie heel dicht bij de mensen komt tot in hun huis aan toe. Ik houd mijn hart vast. Wordt het drang of toch vooral dwang?

Eugeen Hoekstra

Wil je niets missen uit Schagen en de regio?
Avatar foto
Je leest een bericht uit het rijke archief van Noordkop Centraal



Geef hier jouw reactie (check eerst onze huisregels):