Radiocolumn: Het hoeft niet …..

Emotioneel staat mijn huis te koop. Ik wil hier wel weg. Niet dat we in Valkkoog last van verkeerslawaai hebben, of van gillende trams die de hoek omjagen. Of van het gebrom van hangjongerende scooterfanaten die gummend over het door garageboxen omzoomde achterplein scheuren, waardoor je kat met totale stress zijn bak verwart met jouw dekbed. Nee, ik woon in de relatieve luxe van stilte en anonimiteit, in een vlek op de kaart, waar je zelfs nauwelijks gegoogeld wordt.  Je doet je werk en gaat er van uit – na jaren plezante ervaring dienaangaande – dat anderen dat ook doen; met een vergelijkbare vorm van vriendelijke ‘leven-en-laat-leven’-instelling. Iets, wat men mij zo’n 24 jaar geleden, toen we hier kwamen wonen, duidde als de typische ‘West-Friese’ manier van met elkaar omgaan. Geen kunstjes flikken, we kennen elkaar, we zij één grote saamhorige familie.

Dat was in de Zaanstreek waar Marga en ik oorspronkelijk vandaan kwamen wel anders. Dat was een grote konkelhoek. Iedereen kletste over elkaar, wist dingen van en bemoeide zich met. Ook tijdens en na onze studententijd aan de Vrije Universiteit in Amsterdam merkte je dat ‘netwerken’ vaak inhieldt dat anderen jou in hun net werkten, waardoor je onbevangenheid en enthousiastme behoorlijk op apegapen kwam te liggen. Maar dat hoorde zo, want dat vereisde de ‘Ons-kent-Ons’-moraal. In normaal Engels: ‘I’ll scratch your back, so you’ll scratch mine’. Een uitspraak die mij – als zoon van de locale huisarts – al vroeg zeer vertrouwd in de oren klonk. En een waar ik ongelofelijk de pest aan had. Het voor wat hoort wat en in overtreffende trap: we dekken elkaar, ‘no mather what’, is nooit echt mijn ding geweest. Maar ja, ik ben ook nooit in militaire dienst geweest. Dat zal het zijn. Ik kies mijn maten, naar eigen mate. Niet naar mate van ‘maat-erie’, of ‘maat-eriaal’. Niet met: wat heb ik eraan en wat kunnen zij voor mij betekenen. Ik ben ooit lid van een locale service-club geweest – laten we zeggen de kweekvijver van de Rotary – waar ik een voortijdig maatschappelijke dood ben gestorven omdat ik ben uitgetreden, aangezien het hier in de noordkop tijdens de bijeenkomsten slechts over drie dingen ging: auto’s, geld en vrouwen. En dan voor het laatste: andermans vrouwen. Ik had van geen van drieën een voldoende mate van… en hield het dus voor gezien. Maar wel leuk die serviceclubs. Hebben een heel hoog ‘Ons-kent-Ons’gevoel. Dat is met name in een dorpeuze stad als Schagen plezierig. Zo lang als het goed gaat en iedereen zich aan de (ongeschreven) regels houdt. Want de ‘rules are strict en the punishment is hard’. Dat wil in concreto zeggen: je doet wat wij bepalen en anders ben je de lul! Vindt ‘O-K-O’, ‘ons-kent-ons’ in Schagen. Die het beste met u voor heeft, qua Schagen, en overigens met hun eigen bedrijven, maar dat doet nu natuurlijk even niet ter zake, toch…?

Want zo was ik laatst bij een ex-medewerker van de Westfriese Folklore – u kent dat wel dat is dat 10-donderdaagse verkleedfestijn ter promotie van het Schager Heinekenplein. Hij wilde een, in casu zijn, boekje open doen over de commotie rond zijn persoon op het podium. Ik moest de man fotograferen en heb toen heel zijn verhaal aanhoord.

Tship, da’s wel iets anders dan wat de pers heeft gehaald. Mooi relaas, redelijk consistent ook. Goeie foto – maar dat spreekt voor zich.

Daarmee zou een voorpaginaverhaal een nuance brengen in de gossip-berichtgeving die in augustus vorig jaar door de Rensgarsbode de hele folklore op zijn kop zette. Zijn eigen weergave, die hardnekkige geruchten zou bevestigden en een gekwetste speaker zijn verweer gaf. Dit nu was duidelijkheid alom, volkomen klaarheid, een start naar nieuw. Nou, hoe mooier zou je het je, als eventueel ingehuurde folklore-markerteer, kunnen wensen. Hoor, wederhoor, herhaal-hoor, fluister-hoor en ga zo maar door. Alles geapaiseerd, naar tevredenheid opgelost. Boekie toe.

Maar nee: OKO-Schagen moet zich er weer mee bemoeien. Ons-kent-Ons-Folklore raakt helemaal in de stress. Mailt megabites rondom, het hele verhaal, zonder de wederhoor, vliegt van pjuter maar pjuter, met alle atachements meeleesbaar. Het gaat over niets, maar de commotie is duivels. Dreigementen, weeklachten, eisen.. Juweliers, makelaars, verzekeraars, opticiens, grafici, pensionadas, accountants, het hele spul in de Ons-kent-Ons Volleklore roert zich. Dit kan niet: schrijvers en fotografen doen aan ‘nestbevuiling’. Repercussies zullen niet uitblijven. Ook de Schagerkrant, zij het in geniep, met Arie Booy als headleader dreigt met verdere onthullingen tegen de speaker. Maar waarover? Er is nog niets en er komt ook niets meer, met dank aan de OKO-Schagen. Dagblad, Dagwat?

Natuurlijk is die Booy een bal, die speelt onder hoedjes waar je nog geen balletje-balletje onder kunt wegmaken. Doet het niet slim, maar ja, Rensgarsbode nietwaar? Hij had de hele kachel kunnen laten ploffen als hij niet van twee walletjes had willen eten.

Alleen is het wel onthutsend dat ook hier in Schagen OKO zo’n invloed heeft, althans zodanig dat we er voor moeten buigen, qua commercie.

Dus daarom staat mijn huis te koop. Ik heb het hier wel gehad. De enige die hier in Schagen fair te vertrouwen is, is burgemeester Gerrit Westerink, en gelukkig was die  docent aardrijkskunde, hij legt me wel uit waar het voor ons beter wonen is.

Wil je niets missen uit Schagen en de regio?

Publicatiedatum: 1 september 2008
Categorie: Archief
Aantal views: 57
Avatar foto
Je leest een bericht uit het rijke archief van Noordkop Centraal



Geef hier jouw reactie (check eerst onze huisregels):