Column:Natuurlijk gaan de terrassen open in Schagen, toch?

Wethouder Beemsterboer was er als de kippen bij toen uit politiek ‘Den Haag’ de mededeling kwam dat de terrassen weer open kunnen op 1 juni. Wat de wethouder betreft kan het hele Marktplein één groot terras worden zodat de kroegbazen een goede omzet kunnen draaien.  

Goed plan toch? Een dag later reageerde Mark Rutte terughoudender en zei ‘als het kan. En als het niet kan dan wordt het een week of een maand later.’ Het enthousiasme werd hierdoor behoorlijk getemperd, terwijl Horeca Nederland nog zo’n interessant protocol had ingeleverd bij de minister van Economische Zaken.

Dit was de boodschap: de tafeltjes komen anderhalve meter van elkaar te staan en er komen looppaden, zodat de gasten niemand in de weg zitten. Een week voor 1 juni maakt Rutte bekend of de terrassen open kunnen, zij het met inachtneming van de anderhalve meter afstand.

1 juni valt op tweede pinksterdag en dus kwam uit de Tweede Kamer de oproep om de terrassen net voor Pinksteren open te stellen. Rutte verraste vriend en vijand door te zeggen dat hij niet uitsluit dat de opening ‘beter tot na Pinksteren kan wachten.’

Op het terras moeten bezoekers 1,5 meter onderlinge afstand bewaren, onderstreepte Rutte. Of ze nu in hetzelfde huis wonen, waar ze die afstand niet in acht hoeven te nemen, of niet. Voor de politie zijn gezinnen nu eenmaal niet te onderscheiden van mensen die niet bij elkaar wonen, zegt de premier. Later zei hij dat voor gezinnen een uitzondering wordt gemaakt. De Boa mag het straks uitzoeken. “Zijn dat jullie ouders? Vandaag wel.” 

Er zitten best haken en ogen aan het plan van Beemsterboer. De terrassen verschillen per uitbater. Sommigen hebben nauwelijks een terras. Worden die dan maar vergeten? Best een puzzel om de vierkante meter uitbreiding zo te realiseren dat iedere uitbater tevreden is en de anderhalve meter tussen de tafels (en bezoekers) gerespecteerd wordt.

De haken en ogen betreffen onder meer het toiletbezoek van de gasten zonder dat ze onderweg naar het toilet mensen tegenkomen. Eenrichtingsverkeer dus met een aparte uitgang. En na elk bezoek moet de boel worden schoongemaakt. Of ze kiezen voor noodtoiletten met automatische reiniging.

Nog een uitdaging: het uitserveren van etenswaren. Komen er afhaalpunten of wordt er bediend met een trolley of komen er bijzettafels? En hoe en waar kunnen de gasten hun handen wassen (RIVM) als zij dit willen?

Het weer is ook een dingetje. Als het weer plotseling omslaat en er een zware bui losbarst boven de Markt, dan vliegen de gasten alle kanten op. Juist dit laatste moet worden voorkomen. Maar hoe?

Ook het roken is een punt van aandacht. De overlast van een roker verspreidt zich makkelijk over een afstand van 20 meter. Komt er een hoekje voor rokers? Of wordt roken verboden?

Bijzondere aandacht moet er zijn voor onze invalide mensen en ouderen die gebruikmaken van een rolstoel of scootmobiel. De doorgang over de Markt moet zonder hindernissen zijn. De ‘paden’ tussen de tafels breed genoeg. Sommigen komen met een begeleider (mantelzorger). Om hij of zij op anderhalve meter afstand te positioneren ten opzichte van de invalide bezoeker is niet handig.

Het plan van Beemsterboer is om de Markt als publieke ruimte beschikbaar te stellen aan de horeca. Een mooie geste, zeker als de gemeente besluit geen extra leges in rekening te brengen. Doet ze dit ook? 

De horeca heeft het zwaar omdat er weinig is omgezet in de afgelopen maanden. De verleiding is groot om de prijzen van de consumpties te verhogen met een corona-toeslag. Dan kan het pilsje vijf euro gaan kosten. En een kop koffie 4,50 euro. Toch zou dit dom zijn. Iedereen heeft last van de coronacrisis. Consumenten ook.

Eugeen Hoekstra