Column: Waarom in elk dorp een voetbalclub of zwembad?

De gemeente gaat een onderzoek doen naar de effecten van het accommodatiebeleid dat in 2015 van kracht is geworden, mede dankzij ferme bezuinigingen door de gemeente en bijdragen van de sportclubs zelf. ‘Hoe staan we er nu in’ is de centrale vraag voor het onderzoek.

Opmerkelijk is dat de gemeente het onderzoek in eigen beheer gaat doen. Al gauw roept dit de vraag op of het verstandig is dat de onderzoeker zichzelf gaat onderzoeken. Je hebt als gemeente meteen de schijn tegen.

Voordeel van een onderzoek in eigen beheer is dat er nauwelijks kosten zijn. Is dit wel zo?  De gemeente maakt  ambtenaren vrij voor de klus. Of zij geen geld kosten? Ja, ze doen het niet gratis want ander werk kan niet altijd blijven liggen zodat er externe krachten ingehuurd moeten worden. Of dat niets kost.

Terug naar 2015. De gemeente Schagen slaat aan het bezuinigen. De huishoudelijke hulp alleen nog voor de minima en subsidies voor welzijn en cultuur worden gehalveerd of op nul gezet.

Sportaccommodaties gaan over naar de verenigingen. Zij moeten voortaan het beheer en onderhoud op zich nemen. Een paar maanden later werd de privatisering alweer teruggedraaid. Afgesproken werd dat de clubs financieel  zullen bijdragen: zij storten het geld in een solidariteitsfonds. Gevolg is dat de contributies omhoog gingen.

In 2017 besloot de gemeenteraad een pas op de plaats te maken. De laatste storting van 70 duizend euro in het fonds werd opgeschort in verband met de ophanden zijnde evaluatie. Met deze evaluatie wil het college het accommodatiebeleid verbeteren op basis van de ervaring tot nu toe.

De nadruk in de evaluatie komt te liggen op de buitensport en de dorpshuizen. Maar wijk-, jeugd- en culturele gebouwen komen ook aan bod. Bij de beoordeling van de financiële situatie zal zoveel mogelijk de vergelijking gemaakt worden met tarieven en huren in de omliggende gemeenten.  

Wat moet de evaluatie opleveren? Dat is meteen de zwakte van het onderzoek. Je moet teruggrijpen naar de motieven  van de besluiten in 2015. Het motief was: de gemeente wil haar rol verkleinen ten aanzien van de accommodaties. Is dat gelukt? Het lijkt mij van wel. De gemeente heeft de buit binnen kunnen halen. Dat doel is bereikt. Hoe is het gesteld met de accommodaties, de uitbaters en de gebruikers?

Er zijn twee belangrijke vragen. Eén: waarom zou een gemeente maatschappelijk vastgoed in bezit moeten hebben? Zo zien we steeds meer gemeenten zwembaden afstoten naar de private-sector. Waarom niet met voelbalaccommodaties? Medio mei 2020 moet het onderzoek bij de gemeenteraad liggen.

Tweede vraag: tijdens de discussies in 2015 ging het in de politiek over de vraag of je in elk dorp en gehucht een voetbalclub moet hebben en een zwembad. Is dat niet te veel van het goede? Is er niet sprake van overcapaciteit aan wedstrijdvelden als je de hele gemeente in ogenschouw neemt? Het rare is dat deze vraag in het onderzoek niet bovenaan staat.

Eugeen Hoekstra

Wil je niets missen uit Schagen en de regio?
Avatar foto
Je leest een bericht uit het rijke archief van Noordkop Centraal



Geef hier jouw reactie (check eerst onze huisregels):