Column: Geloof het of niet…

Ik geloof niet veel (meer), maar ben wel religieus. Ga met veel plezier naar de kerk en zo. Maar dan wel naar de Katholieke kerk, want met respect: de vieringen van  de toenmalige tegenstrevers, de protestanten – in hun begindagen nog ketters genoemd – die vieringen missen toch wat ‘joie de vivre’, en dat is wat een goed Paapse dienst nu juist zo leuk maakt. En dan met name de koorzang. Het zingen, in de kerk, vind ik een van de leukste dingen die je zondagochtend vulling kan geven. De rest is voor mij bijzaak.

Zo, da’s een introotje waar jullie luisteraars het mooi even mee kunnen doen. Wordt het je te zwaar, schakel dan kort twee minuten naar Radio 4 voor wat klassieke muziek en klik daarna terug, dan ben ik hier nog steeds, met conclusies en plagerijen.

Religieus voel ik mij dus. En dan in de zin van het latijnse religare wat verbinden betekent.

Geloven is iets heel anders, dat staat buiten je, is niet bewijsbaar en heeft vaak een verrekt eenzijdige, drammerige, eigenwijs doordrijverig karakter. Neem bijvoorbeeld die Biblebelt-Hollanders, die Stofdoekdragers of die Pijpenkrul-Antwerpenaren. Allemaal griezelig overtuigd van hun eigen gelijk en eigen geloof, in de enig ware, wrakende god. En dan god met een kleine letter g, want zo’n pielemuis god is een prentenboekgedachtenspinsel van deze kleingelovigen. Die hun ziel en zaligheid overgeven aan fictie en fantasie. Zodat ze niet zelf hoeven denken en beslissingen nemen. En zich niet oprecht verbonden hoeven voelen. Want dat is religieus: verbonden voelen. Zo, daar zijn we weer. Ik voel me verbonden, maar ben van veel geloof afgevallen. Mijn geloof in de Partij van de Arbeid – ben sinds mijn studententijd in 1976 aan de VU aanhanger geweest – is naar de vaantjes. Lokaal heb ik me jarenlang bekommerd om recht en onrecht om het eens pathetisch te zeggen, maar het haalt allemaal weinig tot niets uit; je zit in de coalitie, dus tekenen bij het kruisje. Het raadslidmaatschap zag ik als een baan, in deeltijd weliswaar, maar niet als een goedbetaald tijdverdrijf tussen seniorenvakanties. Och onnozele ik, hoe hard is de werkelijkheid. Veel oude wijn in nauwelijks nieuwe zakken zit nu op het pluche aan de Schager Laan. Ik sprak laatst een kersvers raadslid dat vol vuur vertelde over zijn streven hun coaltie-programma te willen gaan uitvoeren. JESS!, not. Heb hem in de waan gelaten.

Nee, daar geloof ik niet meer in. Ook kerkelijk geloof is een valkuil. Jezus, die in een stukje brood zelf in je hand of op je tong ligt? Een hiernamaals, waar de dividendbelasting niet is afgeschaft en huizenspeculatie niet meer bestaat? Een hemel waar alle door oorlog uiteengereten mensenkinderen weer vlees en bloed zijn? Daar valt niet in te geloven. Zelfs niet op te hopen.

Bij een gebed in de kerk waar gesproken wordt over alle gestorvenen die nu in de eeuwigdurende heerlijkheid en warmte van de Heer zijn, breekt het zweet mij uit. Altijd warm, mijn God. Nee, dan liever religieus, liever verbonden. Sommigen hebben dat met AZ, Ajax of hun golfclub. Dat gevoel van; wij horen bij elkaar, wij zorgen voor elkaar, wij zijn van en voor elkaar. Of bij de Zonnebloem, de Dierenbescherming, SchagenFM desnoods. Verbonden zijn. Met elkaar.

Dat is het religieus wat ik ben. En dan eens in de maand in de Christoforuskerk, omdat ze daar zo’n verdomd goed koor hebben. Daar kan ik op de zondagochtend dan volledig in opgaan, me mee verbonden voelen; of je het gelooft of niet…

MARC MOUSSAULT

Wil je niets missen uit Schagen en de regio?
Avatar foto
Je leest een bericht uit het rijke archief van Noordkop Centraal



Geef hier jouw reactie (check eerst onze huisregels):